Have a good one

24 maart 2017 - Kennett River, Australië

Melbourne ligt aan de bovenkant van n baai en de stad spreidt zich inmiddels aan beide kanten van die baai aardig ver uit. Tanya woont aan de rechterkant van de baai dus we besloten om aan die kant van de baai naar beneden te rijden, daar eens te gaan kijken en daarna met de ferry naar de andere kant te varen om vervolgens via de Great Ocean Road richting de Grampians te gaan. 

Het weer in Melbourne was de afgelopen dagen ongebruikelijk fris voor de tijd van t jaar en ook de voorspellingen voor de komende week waren wisselvallig. Als de zon schijnt, voel je goed dat t zomer is, dan is t meteen warm, maar zonder zon koelt t snel af. Met n trui aan is kamperen nog steeds gezellig dus wij vonden t niet zo erg, goede reden om n lekker vuurtje te stoken. Omdat we de eerste dagen ook regen hadden, moesten we daar nog wel even mee wachten. We hadden dus meteen erg veel plezier van onze camper, 's ochtends konden we lekker binnen ontbijten. Omdat elke camping hier n campkitchen heeft, koken we niet in de camper maar bbqen we lekker onder n afdakje. Dat ze in Frankrijk niet zulke openlucht keukens hebben op de camping, snap ik niet! Hier staat er altijd n grillplaat/bbq, een gaspitje en n waterkoker. Vaak ook nog n koelkast en n broodrooster. Je kan er je afwas doen en er staan altijd stoelen of n picknickset om er te eten. Het is ook n gezellige plek voor n praatje. 

De eerste dag zijn we dus vanuit Melbourne richting Philips Island gereden, bekend om de pinguïn show, waar je 's avonds vanaf n tribune kan kijken hoe de pinguïns uit zee komen waggelen. Wij waren vooral benieuwd hoe de rest van t eiland eruit zag, misschien wandelden die pinguïns ook nog wel ergens anders rond. Onderweg er naartoe hebben we een afslag genomen voor n scenic drive, je gaat dan richting dezelfde plaats maar dan via n mooiere weg. Boven op een heuvel met mooi uitzicht (en veel wind!) hebben we geluncht, sandwiches uit eigen keuken. Toen we na deze leuke omweg weer op de doorgaande weg kwamen, zagen we n bordje naar een oude kolenmijn. Daar zijn we dus ook even gaan kijken, dat is t leuke van nergens heen te hoeven. De mijn was open en we mochten gewoon met z'n  3tjes over t terrein lopen en rondkijken. Je zag de oude ingangen waar de treintjes met kolen uit kwamen rijden, de mijnschacht en de liften voor de mijnwerkers, de dynamiet- & gereedschapschuur stonden er nog en we mochten zelfs op de oude stoomlocomotief klimmen waarmee de kolen werden vervoerd. We hadden wel net t begin van de ondergrondse rondleiding gemist maar gelukkig kregen we zo ook n goede indruk van hoe de mijn werkte. In een ander schuurtje werd n film vertoond over n explosie precies 100 jaar geleden, daarom hing de vlag dus halfstok toen we binnen kwamen. Op die film zag je dat reddingswerkers na de explosie met maskers op en kooitjes met parkietjes op zoek gingen naar overlevenden. Als de parkietjes van hun stokje vielen, wisten ze dat er giftige gassen vrij waren gekomen. Mick was onder de indruk van t verhaal, maar vond t wel jammer dat de mijn dicht was en er geen grote dumptrucks rondreden! 

Gelukkig hadden we onderweg al wel veel grote vrachtwagens gezien, vooral die van t merk Mack vindt Mick geweldig. Hij heeft er thuis 1 van speelgoed en nu rijden die hier gewoon in t echt rond. Elke truck met zo'n mooie neus werd al snel n Mack genoemd, ongeacht t merk en dat is de hele reis zo gebleven. Het spotten van de mooiste/langste/grootste werd t leukste spelletje onderweg. 

Philips Island is met n brug verbonden met t vaste land. Vlak over de brug kwamen we langs t GP motorcircuit waar ze toevallig aan t racen waren! We hebben de camper aan de kant langs t hek geparkeerd en met handen over onze oren gekeken hoe de motors ontzettend hard voorbij raceten. Het bleek dat t niet zomaar coureurs waren, maar dat de wereldtop daar aan t oefenen was voor de komende Grand Prix. Wat n geluk dat wij er dan net zomaar langsreden! Nadat we n tijd hadden gekeken, zijn we verder t eiland rondgereden. Omdat er eigenlijk niet zoveel te zien was, zijn we toch maar even langs t Pinguïn park gereden om te kijken of t daar dan allemaal te doen was ... wat we daar zagen was n enorme parkeerplaats en n groot bord met erg hoge toegangsprijzen. We hebben Mick laten kiezen of hij tot zonsondergang wilde wachten op de pinguïns maar hij wilde liever beginnen met kamperen! We hebben dus n camping gezocht en op n plekje in de schaduw onze camper geparkeerd. Ook al kampeer je in Australië op n niet-luxe camping, je hebt al snel n klein zwembadje erbij, en meestal heerlijk dicht bij de kampkitchen en de bbq. Wouter & Mick zijn dus lekker gaan zwemmen terwijl ik ernaast aan t eten begon. Biertje, bubbelwater en chips erbij, das heerlijk kamperen!

Die eerste nacht in onze camper hebben we lekker geslapen. Het voordeel van t wisselvallige weer is dat t 's nachts niet warm is en dat is fijn met z'n 3en in zo'n klein huisje. We proberen overdag alle boodschappen te doen zodat we 's avonds voor t eten of 's ochtends voor t ontbijt niet meer van de camping afhoeven. Onze koelkast kan ook makkelijk n nachtje zonder stroom dus we kunnen per camping kijken wat handig is. In Nederland kamperen we nog met n koelbox met ijs, maar na deze reis denk ik dat dat gaat veranderen, je went snel aan de luxe van zo'n koelkastje. Na n maand toast & omelet als ontbijt in Sri Lanka eten we nu lekker weer yoghurt, fruit & muesli. De lege yoghurtbakken gebruiken we om de muesli, noten en rozijntjes in te bewaren. Onze voorraadkast lijkt al snel n beetje op thuis. 

Omdat we onze reisdagen niet te lang willen maken, hebben we 's ochtends alle tijd om te ontbijten, nog even te zwemmen/spelen en de camper weer rijklaar te maken. Het is belangrijk dat alles goed opgeborgen is, anders rammelt t door de camper. Meestal vertrekken we rond 10uur en we proberen rond 16uur weer op een camping te zijn. Na 1 nachtje op Philips Island beslissen we weer verder te gaan, op weg naar Sorrento, waar de Ferry naar de overkant van de baai vertrekt. Als we daar aankomen kunnen we nog makkelijk naar de overkant, maar we beslissen om nog een nachtje aan deze kant te blijven en te kamperen op een camping aan de baai. De volgende dag nemen we de ferry van 10uur zodat we aan de overkant alle tijd hebben om al n stukje van de Great Ocean Road te rijden. Voor ons bekend terrein, maar dat blijft een leuke route. Vooral omdat je onderweg zoveel mooie plekken hebt om even te stoppen. Het weer zit ons alleen niet mee, het is regenachtig en fris. Dan is t leuker om in de auto te zitten en te stoppen als t droog is dan een dag op de camping te zitten in de regen, dus we besluiten onze 'rustdag' nog even uit te stellen. 

De eerste dag langs de Great Ocean Road stoppen we in Kennett River om koala's te zoeken in de Eucalyptus bomen langs de weg. Vlak daarvoor zei Mick dat hij n dutje ging doen en dat we hem maar wakker moesten maken als we die koala's hadden gevonden. Toen we ze zagen en Mick inderdaad wakker maakte, had hij liever blijven slapen. Later, toen hij iets had gegeten en weer helemaal wakker was, vond hij ze toch wel schattig. "Maar wel jammer dat ze alleen maar n beetje zitten te niksen in de boom." 

Tijdens n ijsje en n koppie koffie op de parkeerplaats vlakbij de koala's zagen we aan de andere kant van de weg een camping en we besluiten te stoppen voor die dag. Op de camping houden papagaaien ons gezelschap tijdens t koken en 's avonds bij zonsondergang zitten er lachvogels te schateren in de boom. Wat is t leuk dat je hier niet naar n dierentuin hoeft om al deze mooie dieren te zien!

3 Reacties

  1. Robin:
    24 maart 2017
    Weer een mooi verhaal, ik moet zeker de campings in Australie maar eens bezoeken als ik dat zo allemaal lees en sowieso natuurlijk het land :-)
  2. Hans:
    24 maart 2017
    super..blijf maar doorkomen met die mooie verhalen
  3. Tonia:
    24 maart 2017
    Het blijft leuk. Zo kunnen wij ook mee genieten
    Liefs